Integratie als voorwaarde voor een veilig Europa
Paul van Hooft over defensie en de Europese Unie


2 oktober 2024
De redactie

In de zesde aflevering van Europa Dichterbij gaan Marnix en Berrie in gesprek met internationale veiligheidsexpert Paul van Hooft. Als hoofdonderzoeker leidt Paul het programma Defensie en Veiligheid bij RAND Europe. Paul neemt ons mee in de veranderende manier van oorlogvoering en de toekomst van Europese defensie. Hoe kan Europa zich wapenen tegen wereldmachten als China en Rusland? Welke rol speelt technologie in oorlogsvoering en is Europa daar goed op voorbereid? Lees hier verder en luister het hele gesprek terug.

Marnix: Is de aard van oorlogsvoering en daarmee ook waarin je moet investeren en de hoeveelheid die je moet investeren, veranderd? 

Kort samengevat is de vuurkracht in de afgelopen 150 jaar exponentieel toegenomen. Waar een soldaat van Napoleon misschien een paar kogels per minuut in zijn richting kon verwachten, zou een leger te voet op een gemiddeld slagveld nu zo zijn uitgeschakeld. Oorlogsvoering draait tegenwoordig om afstand, precisie en het gebruik van technologie zoals vliegtuigen en drones om vijanden al uit te schakelen voordat ze bij jou in de buurt zijn. Dus waar je je vroeger nog in een loopgraaf kon verbergen, kan er nu een relatief klein, goedkoop apparaat boven je vliegen dat heel precies kan bepalen waar op moet worden afgevuurd. Wat je nu duidelijk geïllustreerd ziet in de oorlog in Oekraïne, is dat een aantal klassieke zogenaamde 20e eeuwse artillerie, tanks en meer klassieke wapens nog steeds heel relevant zijn. Maar door nieuwe technologieën worden ze opnieuw op scherp gesteld.

Eigenlijk hebben wij als Europa een hele lange periode niet tegen heel competente tegenstanders gevochten. Bij de Taliban bijvoorbeeld, die niet heel veel middelen hadden, konden we er op vertrouwen dat we altijd luchtoverwicht hadden en dat onze communicatiesystemen niet gestoord werden. Daarom hebben de NAVO en veel Europese landen niet de noodzaak gezien dat oorlogen ook gaan om het mobiliseren van het hele industriële apparaat. Zo kan je de beste vliegtuigen hebben, maar als je niet genoeg raketten hebt om eronder te hangen, heb je er niet zoveel aan. Dus je ziet dat dingen die nu nieuw lijken, eigenlijk dingen zijn die we zijn vergeten. 

Berrie: Volgens mij gaat oorlogsvoering ook steeds vaker over informatie en desinformatie. 

Ja, maar ik denk dat je dat niet per se moet zien als een nieuwe ontwikkeling.  Dat is ook een gevaar, om alles nieuw te zien. Desinformatie, propaganda, of het bouwen van een goed verhaal om iedereen te mobiliseren, gebeurde vroeger ook. Wat wel nieuw is, is de aard van technologie waardoor de snelheid van het verspreiden van informatie enorm is toegenomen. Dat wil zeggen, hoe snel je mensen kan mobiliseren, ideeën de wereld in kan gooien en je tegen ideeën kan poneren. Een slecht idee is nu binnen seconden de wereld over. De 18e en 19e eeuw zaten ook vol samenzweringstheorieën, maar toen moesten mensen eerst pamfletten drukken en die dan ergens gaan verspreiden in een bepaalde stad of regio. Het bereik bleef daardoor veel beperkter.  

Staten kunnen ook op een goede manier met die snelheid omgaan. Een van de redenen dat de Amerikaanse en Europese reactie op de invasie van Oekraïne zo succesvol was, is omdat de Biden-regering bewust heeft besloten om alle inlichtingen en informatie te delen. Normaal gesproken houden ze die informatie liever voor zichzelf, maar door er nu een grote lamp op te zetten was het voor Rusland veel moeilijker om te doen alsof er niks aan de hand was. Dus het is niet zo dat je passief met die snelheid hoeft om te gaan en per se een slachtoffer hoeft te zijn. 

Marnix: Waarom is een "Europees leger" volgens jou niet de juiste manier om over integratie op gebied van defensie te spreken? 

De term ‘Europees leger’ is niet helemaal juist en een beetje misleidend. Het gaat om Europese krijgsmachten die niet onder één centraal gezag staan. Net zoals bij de NAVO, waar het besluit om deel te nemen nog steeds bij nationale overheden ligt. Dus ik vind het politiek en praktisch niet juist en bovendien niet echt werkbaar. Wat wel werkbaar zou zijn, is om een explicietere Europese pilaar binnen de NAVO te hebben. Daarom formuleer ik het steeds zo: als de VS niet kan of aanwezig wil zijn, moet er een plan B zijn dat gebruikmaakt van veel NAVO-instituties, maar dat kan doen onder Europees gezag. 

Berrie: Is meer investering de eerste stap die gezet moet worden?

Dat is altijd een goede vraag; wat is de eerste stap? Als er meer geld is, heb je ook meer middelen om mee te spelen en daardoor meer opties. Maar wat er ook bij hoort, is een duidelijk verhaal. Het risico van praten over integratie en de institutionele kant, is dat de vraag ‘waarom doen we dit?’ verloren gaat. Hoewel die noodzaak nu een stuk duidelijker is door de invasie van Oekraïne, moet het verhaal duidelijker zijn voordat we verder integreren. Het gaat namelijk niet over de NAVO-normen of wat de Amerikanen willen. Je moet het niet verhullen onder een norm hier en een institutie daar; die hele soep van Europese instellingen is geen verhaal. Het verhaal is dat het gaat over onze veiligheid. En als we die niet hebben, kunnen we andere dingen zoals de verzorgingsstaat en onderwijs ook niet meer organiseren. En in dat overbrengen hebben politici echt een taak te vervullen. 

Ik ben een groot voorstander van Europese integratie, maar niet vanuit een abstract idealistisch motief. In deze veranderende wereld is het misschien niet de makkelijkste, maar wel de beste - en mogelijk de enige - manier om onze waarden, veiligheid en welvaart te bewaken.

Luister het volledige gesprek met Paul van Hooft terug en abonneer je op Europa Dichterbij om geen aflevering te missen. Mis je de podcast in jouw favoriete app? Laat het ons weten.


Meer

Europese integratie

Podcast Europa Dichterbij

Europa voorbij haar spiegelbeeld Haroon Sheikh over Europa op het wereldtoneel

Lees het artikel

Europese integratie

Achtergrondartikel

Europa wordt wakker Het belang van strategische autonomie

Lees het artikel